Contact

Vanaf 2025 treedt de nieuwe FuelEU Maritime-verordening in werking, met als doel de uitstoot van broeikasgassen in de scheepvaart drastisch te verminderen. Deze ontwikkeling zet de maritieme sector ertoe aan om de decarbonisatie te versnellen en heeft ook gevolgen voor bedrijven die goederen vervoeren. Veel vervoerders en productiebedrijven beschouwen hun transportgerelateerde emissies als onderdeel van Scope 3-emissies – de indirecte emissies in de waardeketen buiten hun eigen directe activiteiten (World Resources Institute & WBCSD, 2011). Het verminderen van deze uitstoot is niet alleen belangrijk voor het milieu en de reputatie, maar wordt ook steeds vaker vereist door regelgeving en klanten. In deze whitepaper bespreken we de belangrijkste punten van FuelEU Maritime 2025 en onderzoeken we hoe slimme industriële verpakkingen kunnen bijdragen aan de vermindering van Scope 3 in de logistieke keten.

Dit document is bedoeld voor logistiek managers en duurzaamheidsfunctionarissen. We hanteren een zakelijke, heldere aanpak met feitelijke informatie, ondersteund door geverifieerde gegevens en praktische voorbeelden. U vindt hier een overzicht van de belangrijkste aspecten van de regelgeving en concrete strategieën op het gebied van verpakkingsoptimalisatie om de CO2-voetafdruk van transport te verkleinen.

FuelEU Maritime 2025 in een oogopslag

FuelEU Maritime maakt deel uit van het Europese Fit for 55-pakket en richt zich op het verminderen van broeikasgasemissies in het zeevervoer. Vanaf 1 januari 2025 moeten schepen met een brutotonnage van meer dan 5000 ton die Europese havens aandoen, voldoen aan steeds strengere limieten voor de broeikasgasintensiteit van de gebruikte energie (Europese Commissie, 2023). Dit betekent dat reders schonere brandstoffen en technologieën moeten gebruiken om de reductiedoelstellingen te halen. Tabel 1 toont de stapsgewijze aanscherping van de emissie-eisen tegen 2050, vergeleken met het referentiejaar 2020.

Year  Reduction in emission intensity
2025  –2% 
2030  –6% 
2035  –14,5% 
2040  –31% 
2045  –62% 
2050  –80% 

Tabel 1. Doelstellingen voor de vermindering van de broeikasgasintensiteit in het kader van FuelEU Maritime (ten opzichte van het referentiejaar 2020).

Bron: Europese Commissie (2023). De percentages geven de vereiste vermindering van de broeikasgasintensiteit van gebruikte scheepsbrandstof weer, op basis van het principe “well-to-wake”, ten opzichte van 2020.

De FuelEU Maritime-verordening (EU 2023/1805) hanteert een technologieneutrale benadering, wat betekent dat reders vrij zijn om brandstoffen of energietechnologieën te kiezen, zolang de jaarlijkse gemiddelde uitstoot per energie-eenheid onder de limiet blijft (Europese Commissie, 2023). Dit kan bijvoorbeeld worden bereikt door het gebruik van biobrandstoffen, synthetische brandstoffen (e-brandstoffen) of energiebesparende innovaties. Naast de eisen tijdens het varen zullen vanaf 2030 ook aangemeerde passagiers- en containerschepen in grote EU-havens moeten overschakelen op walstroom of een andere emissievrije energiebron om de lokale luchtvervuiling te verminderen (Europese Commissie, 2023).

Non-compliance van FuelEU Maritime zal aanzienlijke financiële gevolgen hebben. Als een schip niet voldoet aan de brandstofintensiteitsdoelstellingen en dit niet compenseert via mechanismen zoals banking of pooling, wordt een boete opgelegd die evenredig is aan de overtollige uitstoot (GEODIS, 2023). Volgens de verordening wordt de boete berekend op basis van het tonnage aan brandstof dat te veel is uitgestoten; dit betekent mogelijk miljoenen aan extra kosten voor hardnekkige overtreders. Bovendien is de scheepvaart sinds 2024 ook opgenomen in het emissiehandelssysteem (ETS) van de EU, wat betekent dat voor een deel van de CO₂-uitstoot emissierechten moeten worden ingeleverd (GEODIS, 2023). Kortom, dit creëert een dubbel stimuleringsmechanisme: FuelEU Maritime stelt verplichte CO₂-intensiteitsnormen vast, terwijl het ETS een prijs vaststelt voor elke ton CO₂-uitstoot.

Gevolgen voor vervoerders en eigenaren van vracht

Hoewel FuelEU Maritime zich in de eerste plaats richt op reders en scheepsexploitanten, zullen de gevolgen ook doorwerken bij verladers, de bedrijven die vracht vervoeren. Duurzamere brandstoffen (zoals biobrandstof of synthetische methanol) zijn momenteel aanzienlijk duurder dan conventionele scheepsbrandstof, en investeringen in nieuwe technologieën of scheepsaanpassingen brengen hoge kosten met zich mee (GEODIS, 2023). Deze extra kosten voor de scheepvaartsector zullen naar verwachting leiden tot hogere vrachtprijzen voor klanten (GEODIS, 2023). Met andere woorden, het vervoer van goederen over zee zal waarschijnlijk duurder worden en bedrijven die gebruikmaken van zeevervoer zullen in hun logistieke keten met deze kostenstijgingen worden geconfronteerd.

Voor logistiek managers betekent dit dat efficiëntie en emissiereductie in transport nog belangrijker worden. Elke besparing in brandstofverbruik of optimalisatie in laadvermogen kan helpen om kosten en emissies te verminderen. Dit is precies waar slimme industriële verpakkingsoplossingen een rol kunnen spelen: door het gewicht en volume van verpakkingen te verminderen en transportbewegingen te minimaliseren, kunnen bedrijven zowel financiële voordelen behalen als hun Scope 3-emissies verminderen.

Scope 3-emissies en logistiek

In het kader van klimaatrapportage worden emissies onderverdeeld in drie ‘scopes’. Scope 1 betreft directe emissies (bijvoorbeeld brandstofverbruik in eigen vrachtwagens of schepen), Scope 2 betreft indirecte emissies van ingekochte energie (bijvoorbeeld elektriciteit voor magazijnen) en Scope 3 omvat alle andere indirecte emissies in de waardeketen (World Resources Institute & WBCSD, 2011). Voor de meeste productie- en handelsbedrijven is Scope 3 veruit de grootste categorie, aangezien deze de uitstoot van leveranciers, productgebruik, afvalverwerking en transport door externe logistieke dienstverleners omvat.

Transportemissies, met name internationaal zee- en wegtransport, vormen vaak een aanzienlijk deel van de Scope 3-voetafdruk van een organisatie. Zo vallen de broeikasgasemissies van een containerschip dat uw producten vervoert onder uw Scope 3 (upstream- of downstreamtransport). Door de complexiteit van mondiale ketens en het feit dat er meerdere partijen bij betrokken zijn (leveranciers, expediteurs, rederijen), is het meten en beheren van deze emissies een uitdaging (Nouasria, 2025). Desondanks voeren regelgevers de druk op: initiatieven zoals de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) verplichten grote bedrijven om hun volledige Scope 1-, 2- en 3-emissies te rapporteren (Nouasria, 2025).

Voor een logistiek manager betekent dit dat hij inzicht moet hebben in de CO₂-uitstoot per vervoerde producteenheid en moet streven naar een vermindering van deze uitstoot. Naast het optimaliseren van transportkeuzes (zoals modal shift naar minder vervuilende vervoerswijzen of het verbeteren van de beladingsgraad van containers) is de verpakkingsstrategie een cruciale – en vaak onderbenutte – hefboom. Slimme verpakkingen kunnen de transportefficiëntie aanzienlijk verhogen en zo de emissie-intensiteit per product verminderen.

Slimme industriële verpakkingen als hefboom voor emissiereductie

Slimme industriële verpakkingen verwijzen naar het doordachte ontwerp en gebruik van verpakkingsmaterialen en -middelen om de logistieke efficiëntie te maximaliseren en afval te minimaliseren. In de context van Scope 3-reductie betekent dit voornamelijk minder gewicht en minder lucht vervoeren. Elke kilogram en elke kubieke meter die wordt bespaard op verpakkingen, vertaalt zich direct in een lager brandstofverbruik en dus een lagere CO₂-uitstoot tijdens het transport (EPA, 2019). Hieronder bespreken we enkele strategieën en voorbeelden:

  1. Gewichtsvermindering van verpakkingen:
    Het gebruik van lichtere materialen of dunnere verpakkingen kan het totale gewicht van zendingen aanzienlijk verminderen. Minder gewicht betekent dat schepen en vrachtwagens minder brandstof verbruiken voor dezelfde lading. Uit een analyse van het Amerikaanse Environmental Protection Agency blijkt dat een vermindering van 10 % van het verpakkingsgewicht al leidt tot een aanzienlijke daling van de CO₂-uitstoot tijdens het transport (EPA, 2019). Een praktisch voorbeeld komt uit de logistieke sector: DHL paste dimensionale scanning en op maat gemaakte verpakkingen toe in de life sciences-keten, waardoor het verpakkingsvolume per zending werd verminderd en er meer goederen per pallet/container konden worden vervoerd. Dit leidde tot een vermindering van meer dan 7.000 kg plastic, een 50% lagere CO₂-uitstoot van verpakkingsmaterialen en een volumebesparing van ongeveer 5% per zending (DHL, 2023). Dergelijke cijfers onderstrepen dat ogenschijnlijk kleine besparingen per eenheid op grote schaal leiden tot aanzienlijke klimaatvoordelen.
  2. Ruimtebesparende verpakkingen (minder ‘lucht’ vervoeren):
    Veel industriële producten worden vervoerd in verpakkingen of kratten die niet optimaal gevuld zijn, wat betekent dat er in feite ‘lucht’ wordt vervoerd. Door verpakkingen op maat te maken voor het product en lege ruimte te elimineren, kunnen er meer goederen per container worden geladen. Dit verhoogt de vulgraad en vermindert het aantal benodigde transportbewegingen. Een treffend voorbeeld komt uit de automobielsector: CEVA Logistics heeft wegwerpbare kartonnen dozen voor auto-onderdelen vervangen door een gesloten systeem van herbruikbare plastic kratten en containers. Omdat deze kratten inklapbaar zijn, nemen ze minder ruimte in beslag in de retourlogistiek en kan de laadgraad optimaal blijven. Het resultaat: 59% minder CO₂-uitstoot, meer dan 18.000 ton CO₂ bespaard en meer dan 22.000 ton kartonafval voorkomen (CEVA Logistics, 2024). Dergelijke optimalisaties – ook wel kubusoptimalisatie of right-sizing genoemd – zorgen ervoor dat er minder pakketten en pallets nodig zijn voor dezelfde hoeveelheid producten, zodat schepen en vrachtwagens efficiënter worden geladen en er minder brandstof per product wordt verbruikt.
  3. Innovatieve verpakkingsvormen en -materialen:
    Het gebruik van standaardmoduleverpakkingen die perfect op pallets en in containers passen, maakt een optimale benutting van de ruimte mogelijk. Een voorbeeld hiervan is het gebruik van Intermediate Bulk Containers (IBC’s) in plaats van traditionele vaten. IBC’s zijn kubusvormige bulkcontainers die precies op een pallet passen, waardoor de ruimte optimaal wordt benut. Uit een casestudy bleek dat door over te stappen van cilindrische vaten naar IBC’s voor vloeistoffen, het mogelijk was om tot 2,4 keer zoveel volume per vrachtwagen te vervoeren. Dat betekent van 24 vrachtwagenladingen naar 10 (EPA, 2019). Naast vorminnovatie dragen ook materiaalkeuzes bij: sterkere maar lichtere materialen kunnen de vereiste dikte of extra beschermende lagen verminderen. Het elimineren van onnodige elementen is ook effectief. Cisco Systems heeft bijvoorbeeld papieren handleidingen uit de verpakking van bepaalde elektronica verwijderd, waardoor drie apparaten in dezelfde ruimte passen waar voorheen twee apparaten in pasten, waardoor het jaarlijkse transportgewicht met bijna 1 miljoen pond is verminderd (EPA, 2019). Dergelijke voorbeelden tonen aan dat het herontwerpen van producten en verpakkingen hand in hand kan gaan: door al in de ontwerpfase rekening te houden met transportefficiëntie (bijvoorbeeld gestandaardiseerde afmetingen, nesting van onderdelen, enz.), kunnen bedrijven aanzienlijke logistieke besparingen realiseren.
  4. Herbruikbare en circulaire verpakkingsoplossingen:
    Hoewel hergebruik vooral bekend staat om het verminderen van verpakkingsafval, kan het ook de Scope 3-uitstoot verminderen. Retourpallets, vouwkisten of herbruikbare dozen die zijn ontworpen voor efficiënt laden, zorgen ervoor dat er minder wegwerpverpakkingen hoeven te worden geproduceerd en vervoerd. Het transport van lege retourverpakkingen blijft natuurlijk een aandachtspunt; daarom ontwerpen leveranciers steeds vaker inklapbare of nestbare lege verpakkingen om het luchtvervoer tot een minimum te beperken. Slimme volgsystemen (bijv. RFID) helpen ook om verpakkingen te recyclen, zodat ze optimaal worden benut. Hoewel dit punt minder direct meetbaar is in CO₂ per rit, draagt het bij aan een lagere totale materiaalvoetafdruk en vaak aan een betere beladingsgraad in de retourlogistiek.

Kortom, de bovenstaande strategieën leveren een dubbele winst op: ze verminderen de emissie-intensiteit van transport (minder CO₂ per vervoerde eenheid) en ze besparen kosten door efficiënter gebruik van transportcapaciteit. Bedrijven die hun verpakkingen optimaliseren, melden regelmatig een daling van de transportkosten met 10-20% of meer (Trillora, 2024) – een besparing die zeer welkom is in tijden van stijgende brandstofkosten en CO₂-belastingen. Bovendien sluit dit aan bij strengere klimaatdoelstellingen: lagere emissies per product helpen niet alleen om de eigen duurzaamheidsdoelstellingen van een bedrijf te bereiken, maar verminderen ook het risico dat toekomstige CO₂-kosten worden doorberekend vanuit de logistieke keten.

Conclusie

De invoering van FuelEU Maritime 2025 betekent een belangrijke ommekeer in het duurzamer maken van de logistieke keten. De scheepvaart zal worden gedwongen om schonere energie te gebruiken en efficiënter te werken, wat uiteindelijk zal leiden tot een lagere uitstoot per tonkilometer over zee. Voor scheepvaartbedrijven (met name logistiek managers en duurzaamheidsfunctionarissen) is dit zowel een uitdaging als een kans. Enerzijds kunnen de transportkosten stijgen door duurdere brandstoffen en emissiekosten, maar anderzijds zal er een extra stimulans zijn om proactief hun eigen Scope 3-emissies te verminderen.

Slimme industriële verpakkingen bieden een direct toepasbare oplossing. Door kritisch te kijken naar hoe producten worden verpakt en vervoerd, kunnen bedrijven verspilling in termen van ruimte en gewicht elimineren. Casestudy’s tonen aan dat het optimaliseren van verpakkingen leidt tot minder transportbewegingen, een lager brandstofverbruik en minder uitstoot, zonder dat dit ten koste gaat van de productkwaliteit of de klanttevredenheid. In feite gaan deze maatregelen vaak gepaard met kostenbesparingen en efficiëntere logistieke processen: een duidelijke win-winsituatie.

Voor een professionele organisatie betekent het implementeren van deze inzichten dat ze voorbereid moet zijn op de toekomst. Door verpakkingsoptimalisatie te integreren in de duurzaamheidsstrategie kan worden voldaan aan toekomstige rapportagevereisten (zoals CSRD) en kan de marktpositie worden versterkt door een lagere milieu-impact. In een tijdperk waarin ketentransparantie en duurzaamheid sleutelwoorden zijn, dragen verantwoorde keuzes op het gebied van verpakking en transport bij aan een veerkrachtigere en groenere toeleveringsketen.

Kortom, FuelEU Maritime versnelt de decarbonisatie van de scheepvaart; bedrijven kunnen hierop inspelen door hun logistieke stroom efficiënter te maken. Slimme verpakkingsstrategieën verminderen de Scope 3-emissies aanzienlijk en helpen kostenstijgingen te beperken. Op deze manier wordt duurzaamheid niet alleen een verplichting, maar ook een middel tot innovatie en concurrentievoordeel in de logistieke sector.

Bronnenlijst

  • CEVA Logistics. (2024). Revolutionizing supply chain sustainability with reusable packaging. CEVA Logistics. https://www.cevalogistics.com/en/who-we-are/case-studies/revolutionizing-supply-chain-sustainability-reusable-packaging
  • DHL. (2023). Vermindering van de ecologische voetafdruk door middel van verpakkingen – Casestudy life sciences. DHL. https://www.dhl.com/content/dam/dhl/global/core/documents/pdf/dhl-sustainability-case-study-reducing-environmental-footprint-through-packaging.pdf
  • Europese Commissie. (2023). Decarbonisatie van het zeevervoer – FuelEU Maritime. Europese Commissie. https://transport.ec.europa.eu
  • GEODIS. (2023, 13 december). FuelEU Maritime: transformatie van de scheepvaart om decarbonisatie te realiseren. GEODIS. https://geodis.com
  • Greenhouse Gas Protocol. (2011). Corporate Value Chain (Scope 3) Accounting and Reporting Standard. World Resources Institute & WBCSD. https://ghgprotocol.org
  • Nouasria, H. (18 februari 2025). Scope 3-emissies in de zeevaart: meettechnieken en mitigatiestrategieën. Dockflow Blog. https://dockflow.com
  • McKinsey & Company. (2023). Decarbonizing logistics: Charting the path ahead. McKinsey & Company. https://www.mckinsey.com
  • Trillora. (10 april 2024). Packaging optimization: How much air do you transport? Trillora. https://trillora.com
Print
Email Download PDF